- Gepubliceerd
- Laatst bijgewerkt
- lees tijd
IACM-Berichten van 6 maart 2006
- Authors
Wetenschap — Goede werking van cannabis en THC in de behandeling van idiopatische intracraniale hypertensie
Onderzoekers aan het New York State Psychiatric Institute in New York City stelden een studierapport voor over een vrouw met een lange voorgeschiedenis van idiopatische intracraniale hypertensie. Na het roken van cannabis werd verbetering gemeld van hoofdpijn, lichtgevoeligheid, kortstondig zichtverlies, vergroting van de zwarte vlekken voor de ogen en oorsuizen. Al deze symptomen en kenmerken, papiloedeem (zwelling van de optische zenuwen op de plaats waar ze het oog binnenkomen) inbegrepen, werden in verband gebracht met verhoogde druk in de schedel. Dat betekent dat cannabisgebruik effectief de intracraniale druk vermindert. Behandeling met THC, eerst een dosis van tweemaal 10 mg per dag en daarna verminderd tot tweemaal 5 mg per dag, had ook een goede werking.
Idiopatische intracraniale hypertensie is een neurologische stoornis waarbij in de vloeistof rond de hersenen een hoge druk optreedt. Het is ook gekend onder de benaming pseudotumor cerebri omdat er symptomen en kenmerken zijn die wijzen op de aanwezigheid van een hersentumor terwijl dit in werkelijkheid niet het geval is. De ruimte rond de hersenen is gevuld met een waterachtige vloeistof, het ruggenmerg (cerebral spinal fluid - CSF). Als er teveel CSF aanwezig is, stijgt de druk in de hersenen. De oorzaak van de ziekte is onbekend. Het komt voornamelijk voor bij rijpere vrouwen met overgewicht en slechts zelden bij magere mannen.
(Bron: Raby WN, Modica PA, Wolintz RJ, Murtaugh K. Dronabinol reduces signs and symptoms of idiopathic intracranial hypertension: a case report. J Ocul Pharmacol Ther 2006;22(1):68-75)
Wetenschap — Detectieperiode van regelmatig THC-gebruik in de urine is korter dan eerder aangenomen werd
Volgens een overzicht in de recente uitgave Drug Court Review "is het ongewoon dat gelegenheidsgebruikers van marihuana langer dan zeven dagen positief testen voor cannabinoïden in de urine, bij gebruik van standaard meetgrenzen (cutoff). Na het stopzetten van het gebruik blijven chronische gebruikers wellicht niet langer positief dan 21 dagen, zelfs bij het gebruik van een cutoff van 20 ng/mL. Bij gebruik van een cutoff van 50 ng/mL in drugtesten, zou de detectiemogelijkheid voor regelmatige gebruikers niet langer lopen dan tien dagen en voor occasionele gebruikers drie tot vier dagen.
De auteur, Dr. Paul Cary van de universiteit van Missouri, merkte op dat bij wetenschappers, bij wetgevers en bij cannabisgebruikers doorgaans wordt aangenomen dat cannabisgebruik in de urine gedetecteerd kan worden tot dertig dagen en meer na het laatste gebruik. Hij wijst er ook op dat veel onderzoeken waarin langere detectieperioden werden vastgesteld, belangrijke methodische zwakheden vertoonden. De belangrijkste van deze beperkende factoren zou "de onzekerheid zijn dat tijdens het onderzoek de proefpersonen zich wel degelijk hadden onthouden van gebruik".
Ondanks de beperking van het aantal beschikbare studies wijzen de analyses toch uit dat detectie van cannabinoïden na dertig dagen of meer, zelden voorkomt. In de door Dr. Cary bestudeerde onderzoeksresultaten, beliep de gemiddelde detectieduur van de THC-metaboliet THC-COOH in de urine van regelmatige gebruikers veertien dagen bij een cutoff van 20 ng/mL. In veel studies was telkens slechts "één proefpersoon de bron van de maximale detectieperiode van cannabinoïden." Hij concludeerde hieruit dat "deze zeldzame waarnemingen een disproportionele invloed hadden" op de vaststelling van de detectieduur van cannabinoïden in de urine na het laatste gebruik.
De volledige tekst is vrij beschikbaar op: http://www.ndci.org/NDCIR%20VI.pdf
(Bron: Cary PL. The marijuana detection window: determining the length of time cannabinoids will remain detectable in urine following smoking: a critical review of relevant research and cannabinoid detection guidance for drug courts. Drug Court Rev 2005;5(1):23-58.)
Kort nieuws
Wetenschap — Lage bloeddruk en rimonabant
In dit onderzoek had het roken van een cannabissigaret geen onveranderlijk effect op de bloeddruk maar veroorzaakte de symptomen ervan (duizeligheid, sufheid) bij 7 van de 40 gezonde proefpersonen. De CB1 receptor antagonist rimonabant verminderde de bloeddrukverlagende werking. Dat wijst erop dat de CB1 receptor een belangrijke rol speelt bij het tot stand komen van deze werking. (Bron: Gorelick DA, et al. Am Heart J 2006;151(3):754)
Wetenschap — Kinderleukemie
Een uitgebreide gevallenstudie bracht geen verhoogd risico aan het licht op kinderleukemie bij kinderen waarvan de moeder cannabis gebruikt had tijdens de zwangerschap. Dit rapport van de Children's Cancer Group van de Verenigde Staten en Canada omvatte 517 gevallen van acute myeloïsche leukemie (AML), vastgesteld bij kinderen tussen 1989 en 1993 die vergeleken werden met een controlegroep van 610 gevallen. Noch levenslang cannabisgebruik bij moeders, noch gebruik tijdens de zwangerschap werd in verband gebracht met een verhoogd risico op kinderleukemie. De onderzoekers concludeerden hieruit dat "het eerder gemelde verband tussen AML en marihuanagebruik door de moeder voor of tijdens de zwangerschap, niet werd bevestigd." (Bron: Trivers KF, et al. Paediatr Perinat Epidemiol 2006;20(2):110-8)